#2 De eerste maand, boy oh boy

Oké. Even een recap, want.. wow. Onze eerste maand met Noah in huis zit erop. En… dat was niet bepaald een walk in the park.

Nu durfde ik sowieso al niet te hopen dat het een geheel vlekkeloos proces zou zijn. Ik bedoel; drie kinderen en een pup, terwijl je allebei werkt. Terwijl je zorgouders bent. Ja, dat is veel. Maar ik was totaal niet voorbereid op de scherpe puppy tandjes en de kinderen (2 jaar, 5 jaar en 9 jaar) die van ‘s ochtends vroeg tot ‘s avonds laat om die tandjes gillen. Deze maand was pittig. En geloof me, wij zijn heel wat pit in het leven gewend.

Net zoals alle andere pup eigenaren bestonden onze eerste weken uit bench training, zindelijkheids training, puppy training, bezoekjes aan de dierenarts en de dierenwinkel. Daarbij stond het wennen aan elkaar centraal. Dit laatste blijkt moeilijker dan gedacht als je jonge kindjes hebt die worden gehapt door een labrador piranha. Voor de komst van Noah hadden we al besloten om niet met vakantie te gaan zodat we allen goed konden acclimatiseren. In retrospect was het niet helemaal handig dat de kinderen daardoor ook 6 weken thuis zaten. Een dagje weg hier en daar is ook niet makkelijk met een pup. Omdat Noah een assistentiehond in opleiding is mag hij op geen enkele openbare plek geweigerd worden. Maar je doet je kleine pup geen plezier met een dagje Efteling. Zeker niet met 30+ graden. Daarnaast is het onze taak dat Noah vooral band met ons (de ouders) en met ons zoontje. Hij is immers de degene waarvoor Noah straks gaat werken. Het is dus niet de bedoeling om Noah willekeurig achter te laten bij vervangers of opvangers. Zelfs uitlaten komt redelijk nauw (liever niet door al onze kinderen, laat staan mensen buiten het gezin). Ofwel, onze zomer bestond uit veelal thuis blijven.

Dus wat gebeurde er? Een en al chaos. Vergelijkbaar met de komst van een échte baby. Want er ontstond een nieuwe dynamiek waarbij iedereen opnieuw een plek in het gezin moest vinden. En waarbij we moesten accepteren dat we op het moment even wat beperkter zijn in onze vrijheid. Nu laten wij ons niet snel tegenhouden door een beperkter leven. Maar met Noah konden we wel heel weinig eropuit. En we konden vooral niet lang met het hele gezin samen weg.

Naast de standaard-nieuwe-puppy-weken wordt Noah natuurlijk opgeleid tot assistentiehond. Er zijn dus ook al aardig wat aspecten waarmee we rekening moeten houden. We kunnen hem niet zomaar opvoeden zoals wij dat willen. Hij moet straks écht aan het werk in dit gezin. Dus we mogen hem vooral geen dingen aan- of afleren die in contrast staan met de taken die hij uiteindelijk moet kunnen uitvoeren. Ook dit blijkt ingewikkelder dan het lijkt. Iedereen heeft goede adviezen wat te doen en hoe te reageren op een pup. Maar veelal bleken deze adviezen toch haaks te staan op de richtlijnen die onze instructeur dan vervolgens gaf (waarvoor veel dank, want wat heeft die veel kennis).

Ook blijkt het niet makkelijke je schattige pup uit te laten als andere honden eigenaren perse hun hond met Noah willen laten spelen. Een beetje socialiseren is goed. En met sommige honden willen we ook echt dat Noah vriendjes wordt. Honden die verbonden zijn met ons gezin, die we regelmatig zien en waaraan we steun hebben, zoals onze buur hond Boris. Maar ook omdat Noah gewoon hond moet mogen zijn. Echter moet Noah bij het uitlaten leren dat hij op straat niet continue zichzelf mag laten afleiden door andere honden of mensen. Maar als je tijdens uitlaten al 3 maal hebt aangegeven dat we Noah leren te focussen, is het verbazingwekkend te zien hoeveel andere honden baasjes hun hond vol op Noah laten springen omdat zij vinden dat ‘socialiseren moet’.

Binnen een jaar wordt bij Noah een eerste test afgenomen, de basistest. Deze test is voorbereidend op de training tot assistentiehond. Om te slagen voor de basistest moet Noah aan een hoop eisen voldoen. Deze eisen staan uitgelegd in een pil van een map waarmee onze geweldige instructeur aan kwam zwaaien. Eisen waarmee we dus al dagelijks aan de slag moeten zodat Noah deze gaandeweg op een (hopelijk) natuurlijke wijze eigen kan maken. Best intimiderend. Ook spannend en uitdagend. Want zeg nou zelf, een jaar vliegt voorbij. We mogen het instructie materiaal niet delen, maar ik kan verklappen dat het niet gaat om ‘kunstjes’ zoals een pootje geven.

Is het ‘t dan allemaal wel waard? Ik hoor het je bijna vragen. Nog altijd blijft ons antwoord daarop: Ja, natuurlijk. Voor de assistentiehond van ons zoontje hadden wij twee opties:

1. Hij krijgt een (niet oneerbiedig bedoeld) kant-en-klare afgetrainde hond zodra deze gecertificeerd is

2. Wij nemen een hond in huis als pup en hij wordt aan huis getraind

In het eerste geval krijg je de hond als deze zo’n twee jaar oud is. De hond heeft de eerste jaren van zijn leven in een pleeggezin gewoond. In het tweede geval ben jij het eerste gezin waar de hond komt wonen nadat hij het nest bij de fokker verlaat. Je kent de hond van pup af aan en de pup kent geen ander gezin dan jouw gezin. Dat betekent wel dat jij verantwoordelijk bent voor de opvoeding en de voorbereiding voor de opleiding tot assistentiehond.

Wij kozen optie 2 om meerdere redenen:

– We willen dat de pup zo veel mogelijk tijd doorbrengt met onze zoon zodat hij zijn geur goed kent. We hopen dat Noah daardoor later beter gaat signaleren wanneer de geur van ons zoontje verandert tijdens of (het liefst) voorafgaand aan een aanval (over geur verandering, honden en epilepsie later in een andere blog meer).

– Wij willen dat onze zoon de pup van kleins af aan ziet opgroeien. Grote honden kunnen hem nogal intimideren maar hij heeft wel echt een grote hond nodig. Als onze zoon groter is over een paar jaar heeft hij namelijk een hond nodig die hem ook in veiligheid kan brengen.

– We willen dat de hond zo vroeg mogelijk gewend raakt aan onze gezinsdynamiek omdat die nogal levendig is. Daarnaast kan die erg stressvol, veranderend en onverwachts zijn. Ook wordt die vooral afgewisseld met crisis perioden .

– We willen vooral dat de hond een deel van ons gezin uitmaakt. Noah is niet alleen hier om te werken, maar hij hoort bij ons.

Optie 2 maakt de uitdaging echter wel groter voor ons. Want laten we eerlijk zijn, als zorg ouder zitten er al niet genoeg uren in een dag. We hebben hier uitvoerig over gesproken met de instructeur en intaker. Zij begeleiden ons fantastisch. Onze instructeur staat altijd klaar voor vragen, tips en adviezen. De rode lijn in die adviezen de afgelopen maand was vooral dat we onszelf niet mogen verliezen in dit pittige proces.

Die vraag dus: is het ‘t wel waard? Ondanks alles deze afgelopen maand is het antwoord nog altijd duizendmaal JA.

Wij dromen namelijk van dingen zoals: ons zoontje die alleen op zijn kamer speelt, alleen in de tuin speelt, alleen in zijn bed slaapt, alleen naar de bakker kan lopen als hij ouder is, alleen beneden op de bank een filmpje kan kijken. En met ‘alleen’ bedoelen we uiteraard ‘met Noah’. De gedachte dat je kind niet kan participeren in de samenleving is hartverscheurend. Dat hij nooit zelf een boodschapje zal kunnen halen, of naar de speeltuin zal kunnen gaan. Je weet wel, de gewone dingen. Dingen die ‘normaal’ zijn en waar de meeste mensen geen waarde aan hechten. Daarvan zien wij heel goed het belang in en hoe waardevol ze zijn. Daarvan dromen wij.

Dus zetten we door. En zeggen we, zoals zoveel nieuwe ouders met een pasgeboren baby: het is een fase. En zo zegt onze instructeur: het is een fase. Onze dierenarts zegt: het is een fase. En op de puppy training zeggen ze: het is een fase.

Dus… we zetten door, want het is een fase. Ook al hebben we geleerd dat labrador pups extreem hardnekkiger bijten dan andere honden de eerste maanden. Ook al gaat er weer een dag voorbij waarin de jongste voor de bench blijft dansen terwijl Noah moet slapen. Of waarin de jongste alle kokers van het Dog activity spelletje heeft opgelicht omdat ze Noah wil helpen. Hierdoor kan hij niet kalmeren door te snuffelen en verliest hij zijn prikkels niet. Er gaat weer een dag voorbij waarop Noah op het kunstgras in de achtertuin heeft gepoept, in plaats van buiten op straat. Of waarop Noah een flinke hap uit een stuk speelgoed heeft genomen, een dikke bijt heeft gezet in de voet van de buurjongen en oma Maria weer met een kapotte broek naar huis moet. De chaos wederkeert iedere dag en dat zal voorlopig zo blijven. Zeker nu de kinderen nog vakantie hebben.

Maar in die dagen zitten inmiddels ook momenten waarop ons zoontje en Noah samen spelen en plezier hebben. Momenten waarop ons zoontje Noah grappig en leuk vindt. Momenten waarop Noah ineens een parcours tijdens de puppy training goed doorloopt. Fijne momenten waarop even trainen hem écht helpen om te focussen. Momenten waarop hij ineens een commando begrijpt, of uit zichzelf een opdracht uitvoert zonder dat hij het commando heeft gekregen. Misschien toevallig, maar hoopgevend.

Noah is inmiddels 5 weken thuis. En het begint er langzaam op te lijken dat er rust in het gezin komt. Een relatieve rust dan, passend bij dit gezin. En, echt langzaam, hè. Ochtenden die zonder stress en gegil verlopen. Nachten zonder ongelukjes. Een kong in de bench tijdens de ochtendspits van het gezin. Een snuffel spelletje als Noah overprikkeld lijkt. De kat laat Noah voor d’r dansen zonder hem een mep te geven. Even snel naar Monkey town waarbij oma vervolgens met de jongste naar huis gaat om te slapen, een ouder gauw terug gaat om Noah uit de bench te halen en de ander met de twee oudste blijft spelen. We bestellen een hondenbadje omdat hij niet in het grotere chloor badje mag en laten Noah ook in de tuin zwemmen. Noah die te sturen lijkt wanneer hij aan het happen gaat bij de kinderen. Een dagje weg met de kinderen waarbij de ander thuis blijft voor Noah. Met z’n allen even snel naar het maïsdoolhof terwijl Noah een dutje doet in de bench. Heel langzaam komen we in een nieuw ritme. Heel langzaam beginnen we Noah zijn lichaamstaal te begrijpen. Echt heel langzaam.

Maar goed, als het nog even duurt dan nemen we dat ook voor lief. Geloof me, we hebben voor veel hetere vuren gestaan. En daarbij lopen we hier geen sprint, maar een marathon.

#1 Best dog forever

Toen ik heel jong was liep er een man door onze straat. En die viel voor onze voordeur neer. Ik herinner me dat heel de straat in rep en roer was. Dat onze voordeur open stond. Dat mijn vader zijn jas over die man had neergelegd. Die jas wat zwart. Die man was gekleed in zwart. Alles was zwart. Zelfs zijn hoed was zwart. Maar de lucht was licht. Om eerlijk te zijn weet ik achteraf niet meer of dat allemaal echt zo was. Was al zijn kleding zwart? Ik kan me ook niet voorstellen dat die man daadwerkelijk het soort cowboy hoed op had die ik me herinner. Ik hoorde toen, nadat mijn vader zijn jas over die man had gelegd, dat die man epilepsie had. Hij had een aanval gehad. En dan ging je schudden op de grond. We moesten maar binnen blijven van mijn moeder. Want, eng. Dat is mijn enige ervaring ooit geweest met epilepsie. En mijn vader was een held. Want hij had zijn jas aan die man gegeven. Volgens mij had hij ook de ambulance gebeld. Er is zover ik weet daarna nooit meer over gesproken thuis. Ook niet met kindjes uit de straat. Inmiddels ben ik ervaringsdeskundige. Niet bepaald iets om trots op te zijn, want het betekent dat ik dus heel wat aanvallen heb gezien.

Als je als ouder nog nooit te maken hebt gehad met epilepsie en ineens in een medische molen belandt dan is dat ontzettend overweldigend. Ons zoontje kreeg met zes maanden oud zijn eerste epileptische aanval met alle toeters en bellen; ambulance, politie, trauma helicopter. Weer heel de straat in rep en roer. Maar nu niet door een onbekende man die voor onze voordeur lag, maar voor m’n eigen baby die in onze badkamer lag. Inmiddels is die baby vijf jaar oud. En van die vijf jaar willen we al zeker drie jaar een assistentiehond voor hem.

Dit is dan ook waarom ik hier schrijf. Ik zal alvast toegeven dat ik heel erg de balans moet zoeken tussen openhartig zijn, en niet de meest kwetsbare momenten van mijn zoontje blootleggen. Hij is immers zijn eigen persoon en te jong om te bepalen wat er met de wereld gedeeld mag worden. Wij kiezen er dan ook voor om nooit foto’s of filmpjes van hem tijdens ziekenhuis opnames of aanvallen te delen (iets waarvan we werden gepushed om wel te doen om meer donaties te genereren, maar we koppig weigerden – daarover later meer). Maar tegelijk voel ik ook een soort nederigheid of verantwoordingsgevoel om meer te delen met alle lieve mensen die onze actie hebben gedeeld of hebben gedoneerd.

Het zal niet veel schelen of het is precies een jaar geleden dat Jasper een geefactie is begonnen voor onze zoon. Wij wisten dus al vrij vroeg dat we een assistentiehond wilden voor onze zoon. Als je kind epilepsie heeft is dat hartverscheurend. Naast de aanvallen, alle controles in het ziekenhuis, in het epilepsie centrum, bij de logopedist, de opnames, cognitieve- psychologische- motorische testen en evaluaties zit je als ouder ook nog eens 24/7 boven op je kind. Voor zijn veiligheid. Wij mogen geen aanval missen omdat hij al veel statussen heeft gehad en het risico op een status epilepticus hoog is bij zijn type epilepsie. Dus wat doe je? Je bent altijd bij hem. Altijd. Speelt hij in de tuin? Je bent erbij. Wil hij boven spelen? Je bent erbij. Wil hij beneden tv kijken terwijl je de was boven moet doen? Je blijft erbij. Slaapt hij? Ja, ook dan zijn we erbij want de saturatie monitor heeft vaker een aanval gemist. En dan langzamerhand, na een aantal jaar, denkt je kind ineens dat je geen vertrouwen in hem hebt. En dat hij niets zelf kan. Want je bent er ALTIJD bij. Dus… tijd voor een BFF in de vorm van een hond om (op momenten) het van ons over te nemen. Ofwel een Best Dog Forever.

Die geef actie dus.. een jaar geleden was er in het nieuws een vrouw die een geefactie was begonnen voor het kopen van een huis. Ik geloof dat ze landelijk aandacht wilde vragen voor de problemen op de huizenmarkt. Zij had in een korte tijd een hele hoop geld bij elkaar. Dus Jasper dacht: oké, ga ik ook proberen. In alle eerlijkheid verwachtten we een paar tientjes bij elkaar te krijgen. En die assistentiehond was een droom. Misschien iets voor de toekomst. Sowieso pas flink wat jaren later want de kosten zijn immens. Maar het liep als een tierelier! En dat was zó hartverwarmend. En hoopvol. En ook emotioneel. Want we voelden alle liefde. En we zagen alle lieve berichtjes. En het voelde alsof al die lieve mensen (maar liefst 730 donateurs!!!!) om ons zoontje gaven. En dat is fantastisch. Ineens naderden we het streef bedrag en werd het allemaal heel tastbaar. Maar we wisten niet hoe we iedereen konden bereiken om te bedanken. En om te laten weten wat voor gevolgen het allemaal had gehad en wat er allemaal stond te gebeuren. Tot mijn lieve vriendin, Gabi, met het idee kwam om onze ‘reis’ met onze Hulphond te bloggen. Dus, voila.

Het is na al deze alinea’s een beetje laat om te zeggen: ‘lang verhaal kort’. Maar waar het op neerkomt is dat we een hele fijne organisatie hebben gevonden waarmee we een pup gaan trainen tot assistentiehond, én we een fokker hebben gevonden waarvan we een fantastische pup hebben afgenomen. HET GAAT DUS ECHT BEGINNEN! Op maandag 18 juli hebben we een prachtige labrador pup van 8 weken oud verwelkomd in huis. En zijn naam is Noah.

Voor degenen die hebben gedoneerd, onze actie hebben gedeeld en interesse hebben getoond: we zijn jullie eeuwig dankbaar! We kijken zo uit naar de aankomende twee jaar waarin Noah de groei zal maken van een pup naar een assistentiehond. Naar de nieuwe beste vriend voor ons zoontje.

Voor degenen die het leuk vinden om meer te volgen; we zullen ons best doen om regelmatig wat te delen de aankomende twee jaar over het proces tot certificering van onze pup tot assistentiehond (en alle hectiek in huis die het met zich meebrengt).

Veel liefs en dankbaarheid van ons!